Het kleuterhoekje
Het kleuterhoekje
We staan hier in het kleuterhoekje ‘Nog bij moeder’, genoemd naar één van de vele leesboekjes van Hoogeveen.
Tot 1901 bleven de kleintjes nog bij moeder thuis, omdat er nog geen leerplicht was.
Er werd voorgelezen uit de prentenboeken, er werd gepuzzeld met de kleintjes en met blokjes gespeeld.
Heeft u ook zo’n mooi fornuisje gehad of zo’n schattig poppenledikantje?
De jongen met de fiets heet Arjaan. Het fietsje is een creatie uit de periode tijdens de 2e WO, toen werknemers op de scheepswerf in Vlissingen zonder werk kwamen te zitten. Ze gingen van alles in elkaar lassen, om toch maar iets om handen te hebben.
Op de vloer ziet u een hinkelhok. Wilt u nog even hinkelen voordat u verder gaat? Ga gerust uw gang.
Meer weten?
Tot en met 1900 kende ons land geen leerplichtwet.
Het schoolbezoek van kinderen uit arme gezinnen werd wel gestimuleerd, door de ouders uit te sluiten van een toelage, wanneer zij hun kinderen niet naar school stuurden.
In 1901 kwam de leerplichtwet tot stand. Tijdens het liberale kabinet Pierson kwam minister Borgesius van Binnenlandse zaken (waaronder ook het onderwijs behoorde) met een ontwerp tot invoering van de leerplicht. Dit voorstel moest ook gezien worden als een sociale wet om kinderen tegen kinderarbeid te beschermen.
De regering kreeg een zware strijd te voeren. De conservatieve Rooms-katholieken en de Antirevolutionairen waren tegen de leerplichtwet, omdat zij vonden dat het regelen van het schoolbezoek een recht en een taak van de ouders was.
Er waren in de Tweede kamer 99 van de 100 leden aanwezig, waarbij er 50 vóór en 49 tegen stemden. Doordat antirevolutionair baron Schimmelpenninck onderweg van zijn paard was gevallen en daardoor niet kon stemmen, werd de wet aangenomen. In de volksmond werd daarom gezegd: Het paard van Schimmelpenninck is slimmer dan zijn berijder.